Woordenboek
Home
>
Woordenboek
A
- Nauwkeurigheid
Hoe kort de berekende positie bij de werkelijke positie ligt.
C
- Cryosfeer
De cryosfeer is de term die collectief de delen op het aardoppervlak, waar er water in een vaste vorm aanwezig is, beschrijft. Hieronder verstaat men ijs uit zeeën, ijs uit meren, sneeuw, geltjers, ijskappen en een bevroren ondergrond (waarbij de permafrost hoort). De cryosfeer is een integraal deel van het globale klimaatsysteem. De cryosfeer beïnvloedt de oppervlakteenergrie en vochtfluxen, wolken, neerslag, hydrologie en atmosferische en oceansiche circulatie.
Door feedbackprocessen speelt de cryosfeer een belangrijke rol bij het (globale) klimaat-model dat op wereldwijde veranderingen reageert.
E
- Ecliptica
Loodrecht vlak op de gemiddelde impulsmomentvector van het baanvlak van het Aarde-Maan barycentrum.
Er is geen unieke interpretatie; de ecliptica wordt gedefiniërd via de hoeken van de precessietheorie.
G
- Geodesie
De tak van de toegepaste wiskunde die zich bezighoudt met de metingen, kromming en vorm van de aarde.
H
- Hydrosfeer
De hydrosfeer beschrijft in de fysische geografie de collectieve massa van water die gevonden wordt, onder en op het oppervlak van een planeet.
I
- IERS
International Earth Rotation Service. Kijk op www.iers.org voor gedetaïlleerde info.
- IAU
International Astronomical Union. Kijk op www.iau.org voor gedetaïlleerde info.
- Interferometry
Deze wordt gebruikt om signalen van twee of meer telescopen te combineren om zo preciezere metingen te
kunnen verkrijgen dan de metingen die verkregen worden door individuele telescopen. Deze techniek ligt aan de basis
van astronomische interferometerreeksen en kan metingen uitvoeren van zeer kleine astronomische objecten.
Hiervoor moeten de telescopen verspreid zijn over een wijd gebied. Wanneer men een groot aantal telescopen gebruikt,
kan men een foto maken met een gelijkaardige resolutie als bij één telescoop met de diameter van de
gecombineerde verspreiding van de telescopen.
M
- Boogminuut
Eenheid van hoekmetingen, gelijk aan één zestigste (1/60) van één graad.
N
- Nutatie
Gedwongen periodiek deel van de beweging van de rotatiepool van een lichaam dat vrij draait en een koppel ondergaat door externe gravitationele krachten.
P
- Precessie
De uniform voortgaande beweging van de rotatiepool van een lichaam dat vrij draait en een koppel ondergaat onder invloed van externe gravitationele krachten. In het geval van de aarde wordt de precessie van de evenaar veroorzaarkt door objecten uit het zonnestelsel die een invloed uitoefenen op de evenaarshobbel. Hierdoor zal de rotatiepool in 26000 jaar een baan beschrijven rond de eclipticapool; de precessie van de equinox komt voort uit de precessie van de evenaar en de precessie van de ecliptica, wat het seculiere deel van de beweging van de ecliptica ten opzichte van de vaste ecliptica is.
R
- Rotatie
Beweging van een lichaam dat rond zijn as draait.
U
- UT1
Een tijdsschaal die gebasseerd is op de rotatie van de Aarde om haar as.
UT1 is een meting van de werkelijke oriëntatie van de hoek van de Aarde in de ruimte.
Doordat de Aarde niet met een exact constante snelheid draait, is UT1 geen uniforme tijdschaal.
V
- Very Long Baseline Interferometry (VLBI)
Een type van astronomische interferometrie dat wordt gebruikt bij radioastronomie. Deze biedt de mogelijkheid om observaties van een object, die gelijktijdig gemaakt werden door meerdere telescopen, te combineren. Dit wordt gedaan door één telescoop te gebruiken die dezelfde grootte heeft als de maximale scheiding tussen de telescopen.